- 'Ikke hele gjoot gewojjen hé?' Sinds hij naar school gaat is enige grootheidswaanzin hem niet vreemd.
- 'Potje is vuil. Het is stinky. Jij moet nieuw kopen in de winkel'.
- 'Niet menen Majie! Mama is hier. Papa is daar.' Hij aaide terwijl zachtjes over haar arm. Eén van zijn betere momenten.
- 'Dikke pin in de kamer!' Jaja, kapitein Winokio is hier al goed ingeburgerd. Beeld je er ook een dansje bij in.
- 'Mama, ik is wakker. Ik goed geslapen. Ik niet geweend. Jij is ook wakker?'
- 'Ik roeten'. Hij roert graag in dingen.
- 'Ik jarig?' Ik had broodpudding gemaakt voor het straatfeest.
- 'Ik noeptje hebben mama? Appepief?' Als hij zo schattig om een snoepje vraagt, moet ik echt mijn best doen om voet bij stuk te houden.
- 'Dat is niet jouw poes. Is onze poes.' Omdat iemand iets tegen onze kat zei.
- 'Ik nog salabim'. Gniffel. Salami dus.
- 'Ik niet lust dat niet'. Hij heeft genoeg gegeten.
- 'Ik lust dat.' Hij wil nog.
- 'Wat papa/jij/Majie doen?' maal 1000.
- Tegen Marie: 'Jij lust dat niet hè!' terwijl hij etenswaren voor haar gezicht laat bengelen.
- 'Is stoute meer? Is brave meer?' Het verschil tussen stout en braaf houdt hem erg bezig. Vooral bij mijnheren.
Dat leren praten vind ik echt geweldig om te
'Jij is ook wakker?' Nu wel, zeker? :-)
BeantwoordenVerwijderenHaha, inderdaad! Meestal gaat het wel zo. :-)
Verwijderen